Vietnam, maar dan anders

Het weinig opbeurende zicht vanuit onze hotelkamer

Het weinig opbeurende zicht vanuit onze hotelkamer

De weinige keren dat ons de dwang overviel om het nieuws uit België te volgen, waren we telkens weer overdonderd door de irrelevantie ervan. Zeg nu zelf: wil de politie mee defileren op de nationale feestdag of niet: is dat nu echt een krantentitel waard.

Daarmee vergeleken hebben wij wél nieuws vandaag: we hebben de andere kant van Vietnam ontdekt. Ongeveer de hele dag zijn we behandeld als vee door bokkige venten en wijven die allemaal collectief met het verkeerde been uit bed gestapt waren.

De klantendienst was druk bezig met andere prioriteiten

De klantendienst was druk bezig met andere prioriteiten

In het busstation was er een wijf dat na inspectie van onze tickets dààr moesten gaan zitten, even later was er een ander wijf dat gesticuleerde dat “ginder ergens” een WC te vinden was.

Dertig seconden voor vertrek van onze bus werd ons gezegd dat we moesten opkrassen uit het wachtzaaltje en “ginder ergens” een bus moesten zoeken op de gigantische parking.

De hypergezellige busterminal

De hypergezellige busterminal

Nog een keer “daar ergens” de weg gewezen door een tweede scheefgezakte zombie en we konden opstappen. De chauffeur was erg boos omdat hij de bagageruimte aan de andere kant moest openen, want de rechterzijde zat al vol.

We reden een dolle rit richting haven van Haiphong. Gelukkig kon je als passagier niet goed zien welke capriolen de chauffeur allemaal uithaalde. De zeldzame keren dat ik opkeek, vond ik het bijzonder creatief. Eén keer was het iets te creatief en een scooter was het slachtoffer. Snel papieren invullen en wat geld er bovenop en we konden verder — het tijdschema was strak.

De rustieke haven van Haiphong

De rustieke haven van Haiphong

Plots stopte de bus en de passagiers voor Cat Ba werden net niet van de bus geschopt. Daar stonden we dan, op de stoep ergens in een onbekende stad. Er dook een andere bus op, we stapten op en er volgde een nog gekkere rit richting haven. Ergens midden op een bouwwerf werden we weer van de bus geschopt en moesten we snelsnelsnel, verdomme, een boot op. Aan een rotvaart ging het dan naar de overkant, waar een krakende bus ons opwachtte. Na een kilometer of 15 stopte die en we kregen het signaal dat we snel moesten afstappen of anders werden we er verdomme afgegooid.

En na de ferry gauw weer een andere gammele bus op

En na de ferry gauw weer een andere gammele bus op

Weer stonden we op de stoep in een volstrekt onbekende stad. Geen taxi te bespeuren. We werden benaderd door een louche uitziende kerel die vroeg waar we naartoe moesten. Voor amper USD5 wilde hij wel een taxi regelen naar het Sunrise Resort. Ik had mijn GPS in aanslag om te zien of hij wel de goede kant opreed; Anita zat klaar om hem te wurgen.

Een kilometer verder kregen we het sein dat we moesten uitstappen middenin iets wat de uittocht uit Egypte leek: hele horden mensen die van het strand terugkeerden naar het dorp. Blijkt dat het stukje strand vlak voor ons hotel het enige is dat niet vol ligt met afval.

Onderweg: kwekerij van reuzengarnalen. Er zitten er zoveel in het water dat extra beluchten nodig is.

Onderweg: kwekerij van reuzengarnalen. Er zitten er zoveel in het water dat extra beluchten nodig is.

Onthaal bij de receptie van deze protserige tent was zo inefficiënt als men enkel in een socialistische republiek kan bedenken. Het opperhoofd van dienst kende een vijftal Engelse woordjes en vormde zinnen door die vijf woordjes willekeurig dooreen te gooien. Geen hond die daar iets kon van begrijpen.

Amper een half uur later konden we richting kamer. De bell boys die onze bagage zeulden, treuzelden traditiegetrouw voor ze de kamer verlieten. Neen, mannen, we zijn niet in de stemming voor een fooi, o nee.

Alles aan deze instelling is passé. De grote eetzaal, de muffe kamers, de gammele airco en dito internetverbinding. We vielen nog liever dood dan hier in deze barak ons diner te nuttigen. Voor de deur van het hotel stonden er electrische busjes te wachten. Blijkbaar zijn dat de taxi’s van deze stad. Voor 10000 Dong per persoon (USD 0.4) brengen die je naar het centrum.

We aten lekker in de Green Mango –lang leve Tripadvisor– en kregen er door de eigenaar ‘en passant’ ook nog onze excursies voor morgen aangesmeerd. Aan een vijfde van de gangbare tarieven, wel te verstaan. Benieuwd wat dat gaat geven.

Geef een reactie