Flop te paard

De dagelijkse selfie met de Polaroid

We waren blij dat we het overvolle haventje van Leitrim achter ons konden laten en gingen verder over smalle kanalen. Af en toe gingen we over een breder meer en konden we volle gas vooruit. Op die manier konden we vandaag wat kilometers maken. We maakten een ommetje langs Carrick-On-Shannon voor een pump-out en waren dan klaar voor het laatste stukje richting eindbestemming van de boottrip: Lough Key, volgens de boekjes heel mooi.

Deze sluis mochten we niet zelf bedienen. Ze vonden het veiliger dat een stomdronken ambtenaar dit deed

We moesten nog één sluis passeren en die zorgde meteen voor de grootste vertraging. We hadden de pech dat we net bij lunchtijd aankwamen bij deze handbediende sluis. De sluiswachter van dienst meldde ons doodleuk dat wij en een andere boot een uurtje geduld zouden moeten hebben. Na ons ontstond er een file van wel 8 boten. Er waren slechts twee plaatsen om aan te meren; de rest moest zich midden op de rivier dobberend houden en botsingen vermijden.

Wachten..

Om 14u dook onze sluiswachter weer op. “Behoorlijk aangeschoten” is het understatement van de dag. Ze slaagde erin om op haar bedieningsconsole de juiste knopjes min of meer in de  juiste volgorde in te drukken en zonder ongelukken geraakten we ook deze sluis voorbij. Kort daarna konden we volle gas koers zetten naar het Forest Adventure Park in de zuidpunt van Lough Key. Het park zelf had een enorm hoog Puyenbroek-gehalte en het was er bijzonder druk. Eigenlijk wilden we er onmiddellijk terug vertrekken, maar Annelies had een ritje te paard geboekt in een naburige manège.

Wouter en Annelies gingen met de fiets richting paardenstal en wij ging enkele geocaches zoeken in dit overdrukke park. Rond half zes kregen we dan een SMS van Annelies dat ze al terug op weg waren naar de boot. Ze hadden eerst een half uur moeten aantonen dat ze wel degelijk konden paardrijden en toen liet de begeleidster doodleuk weten dat ze vandaag “eigenlijk” geen tijd meer had om een wandeling te gaan doen. “Morgen misschien”. Het stoom kwam Annelies nog uit de oren toen ze bij de boot aankwam.

Haventje van Boyle

Er werd unaniem beslist dat we zouden verkassen naar Boyle. Daar konden we nog inkopen doen en hopelijk wat rust vinden. We landden in een klein haventje op het einde van een kanaal dat speciaal voor de haven gegraven was — weer zo’n typisch EU-funded folietje. Maar gezellig was het wel. Propvol ook, en dat dwong ons voor de eerste keer om achterwaarts aan te meren. Ik ergerde me dood aan het feit dat onze boot in achteruit totaal onbestuurbaar was, maar met de hulp van andere bootmensen konden we onze bak uiteindelijk toch vastleggen.

Mooie boot in haven van Boyle

Om Annelies een beetje te troosten besloot Anita om cava mee te brengen uit de lokale supermarkt. In het rek “special deals” vond ze een magnumfles Fizzecco. Intussen weet iedereen bij ons thuis dat ze met geen rommel moeten komen aandraven en dus werd meteen en online nagekeken wat het ding waard was. Ze botsten instant om een euforische FB post van iemand die dit sopje op zijn huwelijksreceptie geschonken had. Voldoende reden om overtuigd te zijn.

Op de boot werd het luikje van het friesvak gesloopt om daarna vast te stellen dat dit monster nooit van z’n leven in dat minuscule vakje kon passen. En even later volgde de grote ontgoocheling toen de schrijver dezes vakkundig oordeelde dat een drank met 5.5% alcohol nooit als (schuim)wijn verkocht kon worden. En ja hoor: Fizzecco is een flets zoet drankje dat op geen enkel moment met “feest” in aanraking gebracht mag worden.

Geef een reactie