Luieren in Villavieja

Vannacht hebben we echt geslapen als marmotten. Het was doodstil in onze kamer en het bed was prima. De warmte werd goed buiten gehouden door de 40cm dikke muren en dus moesten we de airco niet eens aanleggen.

De Tatacaowoestijn was ons eerste doel voor vandaag. Gisterennamiddag waren we al door een uithoek gesjeesd op weg naar Villlavieja. Vandaag zouden we een wandeling gaan maken in de buurt van het Osservatorio. Het Osservatorio zelf hadden we snel gevonden, maar de start van de wandeling konden we maar niet vinden. We stopten bij een bord met overzicht van de wandeling, en dachten dat we daar konden starten. Anita ging even luisteren in de vlakbij gelegen eet- en drinktent. Het enige wat ze te horen kreeg, was dat we daar niet mochten parkeren. We reden 800m verder, naar een andere tent. Daar vertelde men ons dat de wandeling wel degelijk start nabij de andere tent.

Woestijn van Tatacoa

Het was nu al de derde of de vierde keer dat we de Colombianen ervoeren als bijzonder onbehulpzaam. Misschien vroeg om conclusies te trekken, maar toch. Dit is eerste reis waarop we zoveel moeite hebben om hulp te bekomen.

Ik merkte dat er op de OpenStreetMap kaart een trail stond en we besloten om gewoon de GPS te volgen. Ik parkeerde aan het Osservatorio en begon de track te stappen die op de GPS stond. We belandden op een pad met gele markeerpaaltjes. Wij blij, en wensen alle horeca van Tatacao eeuwigdurende jeuk.

De wandeling leidde ons door het rode deel van de Tatacaowoestijn. Het gebied is verrassend klein, ik schat 4 vierkante kilometer. Het was dus niet echt nodig om 4l water mee te nemen. We zagen duidelijk dat het gebied nu en dan onder water loopt, en dus niet echt als “woestijn” bestempeld kan worden. Op een van de borden stond vermeld dat er ruim 1000mm regen valt per jaar. Dat is redelijk weinig, maar nog ultradroog zoals andere woestijnen waar we ooit geweest zijn.

Hoedanook, het was wel iets speciaals: een heel grillig terrein bestaande uit gedroogde klei, grillig vormgegeven door erosie. Zeker het bezoeken waard, maar op 2 uur ben je wel rond.

We aten een late lunch op het centrale plein en om 15u werden we plost opgeschrikt door statische muziek en een lange preek. Ik kon er niets van maken en dacht onmiddellijk aan Vietnam, waar met de regelmaat van de klok regeringspropaganda overal door de luidsprekers knalt. Na een tijdje werd duidelijk dat het iets religieus was, want “moeder Maria” kwam veelvuldig aan bod in de preken. Na de preken werd een CD opgezet van de plaatselijke Ellie en Rikkert. Speciaal.

Wij deden nog eens een poging om aan een plaatselijke SIM kaart te geraken en na enkele tussenstops werden we uiteindelijk doorverwezen naar het Mekka der technologie in Villajieva: het internetcafé. Zuchtend hees de trut achter de balie zich uit haar zetel en vroeg “waddist?” Of we een SIM kaart konden krijgen. “Ja, hier”. Ik vroeg haar of ze zo’n prikkertje had om het SIM slot van een iPhone open te prutsen. “Neen” was het voorspelbare antwoord. En wij konden opkrassen. Top-behulpzame mensen, hier.

Rond 16u begonnen er zich veel mensen te verzamelen bij de kerk en even later kwam ook een pick-up truck aanrijden met een groot beeld van Maria erop. En rond 17u zette zich een moderne versie van processie in beweging. Voorop een truck met een kleine fanfare die vrolijke deuntjes speelde, daarna honderden bromfietsen en daarna Maria. En daarna volgden nog tientallen luid toeterende auto’s.

Muzikanten in de eerste auto

gevolgd door tientallen scooters

en helemaal achteraan de Madonna

We hadden gehoord dat de zonsondergangen in de Tatacao wel spectaculair kunnen zijn en reden dus nog eens tot aan het Osservatorio. En we werden op onze wenken bediend: schitterende zonsondergang. Eentje die de vergelijking met onze beste-ooit in Bali kon doorstaan.

Voldaan gingen we net als de avond ervoor terug dineren in Sal Si Puedes. Deze keer viel er geen dode te betreuren.

Geef een reactie