En toen was ons bootje plots stuurloos

…als daar maar geen regen uitvalt

Agendapunt nummer één voor vandaag: Annelies en Wouter gaan oppikken in Bellanaleck. Zij keerden terug na de begrafenis van Maya. In dezelfde moeite wilden we de mannen van CarrickCraft eens laten kijken naar een olielekje. Ook het feit dat het stuur binnenin niet goed werkte, wilden we even laten bekijken. Buiten aan het stuur zitten in de gietende regen is slechts héél tijdelijk plezant.

We belden aan bij het kantoortje en ik kreeg te horen dat hij net bezig was aan zijn thee en dat ik alvast de watertank kon opvullen. Na een uur kwam hij doodgemoedereerd aangesloft. Wat moet het toch heerlijk zijn om zo volkomen stressloos te leven. We waanden ons even in Afrika.

Na wat onderzoeken bleek dat het hydroliekpompje van het benedenstuur defect was. “Geen probleem, want we hebben dat op reserve liggen”. Tot bleek dat het reservestuk recent door een andere technicus gebruikt was en dat die man het vergeten rapporteren was. Een nieuw pompje was onderweg vanuit UK, had gisteren moeten aankomen maar is ergens op het verkeerde spoor geraakt.

Niet getreurd, ik was akkoord om nog een dagje “buiten” te sturen en van zodra het nieuwe pompje binnen was, zij zouden ons komen depanneren, waar we ook aanbeland waren.

Na dit technisch intermezzo schakelden we terug over op toeristenmodus. Annelies en Wouter waren doodop en wilden wel op Majolein passen. Maarten, Anita en ik namen de auto om een kijkje te gaan nemen in de Marble Arch Caves, enkele kilometer buiten Enniskillen. We maakten er kennis met een deeltje van een erg groot stelsel van gangen en grote galerijen, allen versierd met heel mooie structuren die in een paar honderdduizend jaar gebouwd werden door de natuur.

Toen we met onze boot wilden vertrekken richting zuiden, dook er een groot probleem op. Ook met het “boven”stuur kon ik de boot niet meer rechts laten draaien. Dus waren we nu de facto stuurloos. We gingen aanbellen bij het kantoortje van CarrickCraft en de man zei dat hij gauw iets ging eten en daarna zou komen kijken. Hij liet ons uiteindelijk bijna twee uur wachten, maar gelukkig kon het euvel verholpen worden door hydroliekolie bij te gieten.

Toen we terugkeerden in Bellanaleck, kwam de zon te voorschijn

Terwijl de aardappels stonden te koken, zetten we koers richting Knockninny, een uurtje varen. Helaas kwamen we al gauw terecht in een “zone 5 knopen” en gingen we amper vooruit. Bovendien werd het erg koud, zodat we besloten om dan maar aan te meren bij de eerste de beste steiger.

Dat werd Tullyinishmore. Toen we uitstapten, overviel ons de ongelooflijke schoonheid van deze plek. We liggen aan de rand van een weide, een paar honderd meter buiten de het dorp. Echt op de boerenbuiten. En alweer op slechts 100 meter van een geocache en een wirwar van wandelpaden rond de weiden. Ik denk dat we hier wat langer gaan blijven hangen.

Geef een reactie